UitgelichtHet boek “Met het oog op Kackadoris” van Cees Renckens is weer beschikbaar!

Koop hier het boek

Symposiumverslag: Levensgevaarlijke psychokwakzalverij

Symposiumverslag: Levensgevaarlijke psychokwakzalverij

Mensen met een psychisch of psychiatrisch probleem, zijn nog een graadje kwetsbaarder dan somatische patiënten. Ze zijn eerder geneigd om hun aandoening te ontkennen, ze schamen zich er doorgaans voor en bestempelen psychofarmaca eerder als ‘chemische troep’. Hun toevlucht tot psychokwakzalvers heeft soms fatale gevolgen. Wat doen de overheid, de IGJ en het OM? En wat maakt dat juist intelligente mensen beter in staat zijn om zich vast te bijten in irrationele argumenten?

Psychokwakzalverij kan onder meer leiden tot het aanpraten van valse herinneringen, het versterken van wanen en het stoppen of uitstellen van effectieve reguliere diagnostiek en behandeling. Het kan bovendien zorgen voor ernstige bijwerkingen of complicaties van niet-reguliere middelen. Hengeveld onderzocht bij welke gevallen en met welke argumenten de IGJ en het OM al dan niet ingrijpen.

Eerst het goede nieuws: als er een dode valt en het causaal verband met kwakzalverij evident is, treden IGJ en OM doortastend op. Zoals in het geval van Sara Glatt uit Kockengen. Natuurgenezeres Glatt behandelde verslaafden met hoge doses ibogaïne. Ibogaïne is een hallucinogeen gemaakt uit vermalen wortelbast van de West-Afrikaanse tabernanthe iboga plant. Het is een potentieel werkzaam middel, maar heeft ernstige bijwerkingen zoals braken, uitputting, verlaagde bloeddruk en hartritmestoornissen. Met mogelijk invaliderende en dodelijke gevolgen passen verschillende kwakzalvers in de spirituele sfeer het toe, hoewel er nog absoluut onvoldoende onderzoek naar is gedaan.

Zo loopt in 2011 een psychotische Zwitser in Nederland onder een vrachtwagen na behandeling door Glatt met ibogaïne. In augustus van dat jaar raakt een man in coma door hetzelfde middel. Na ontwaken blijkt hij voor het leven gedeeltelijk blind en slecht ter been. Glatt wordt in 2014 veroordeeld tot 141 dagen cel en een half miljoen euro boete. Dit heeft haar blijkbaar niet tot inkeer doen komen, want in 2017 behandelt ze Carmen (48). Carmen gebruikte antidepressiva en kalmeringsmiddelen en wilde graag van haar methadonverslaving af. Glatt gaf haar ibogaïne in de Bed & Breakfast die Glatt runde. Tijdens de behandeling overleed Carmen. Begin 2019 krijgt de psychokwakzalver hiervoor maar liefst acht jaar gevangenisstraf.

OM-onderzoek

Het OM is dit jaar ook een onderzoek gestart naar de doodsoorzaak van een man die is overleden kort na een warrior retreat bij Healing Center Ibogafarm. In dit centrum wordt gewerkt met onder meer ibogaïne en ayahuasca. Ayahuasca is eveneens een hallucinogeen middel, samengesteld uit banisteriopsos caapi en psychotica viridis, door Amazonebewoners ook wel ‘slingerplant van de ziel’ genoemd. Het middel zou helpen bij depressies, relatieproblemen en verslavingen. Bijwerkingen: duizeligheid, misselijkheid en braken. In combinatie met andere medicijnen bestaat bovendien het risico op psychiatrische stoornissen en het serotoninesyndroom.

Hoewel een algemene wettelijke regel luidt dat een behandeling niet mag leiden tot schade aan de gezondheid van de cliënt of tot een aanmerkelijke kans hierop, reageerde de IGJ met het argument dat zij geen (preventief) onderzoek doet naar de kwaliteit en veiligheid van alternatieve therapieën en daarover ook geen uitspraken doet. Intussen heeft op 1 oktober 2019 de Hoge Raad ayahuasca verboden, ook bij godsdienstige rituelen.

Als het om slachtoffers van het gebruik van hallucinogene middelen gaat, komt de Nederlandse overheid blijkbaar wel in actie. In gevallen waar geen gevaarlijke drugs worden gebruikt, is ze minder doortastend. Bijvoorbeeld in het geval Dinkie Tonkens. Tonkens heeft een middenstandsdiploma. Ze werkte jaren als verkoopster in een herenmodezaak en daarna drie jaar bij de HEMA. Ze volgde enkele korte cursussen bij het Van Praag Instituut over het ‘helen van het menselijk energieveld’ en is gespecialiseerd in zogenaamde hervonden herinneringen.

Een schrijnend gevolg van haar behandeling is de zelfdoding van Arend. Arend was ruim tien jaar onder behandeling van Tonkens, voor veel geld uiteraard. Hij ging naar haar toe voor zijn stotterprobleem, maar de behandeling ontaardde in ‘traumaverwerking bij zijn seksueel misbruikte innerlijke kind’. Hij zou een verschrikkelijke jeugd hebben gehad vol herinneringen die niemand anders in zijn gezin deelde. De behandeling bracht hem zodanig in de war dat hij na al die jaren enkele serieuze pogingen tot zelfdoding deed. Na een kort verblijf in de crisisopvang suïcideerde hij zichzelf eind vorig definitief.

Actie IGJ?

Wat deed de IGJ? Al in 2004 dienden drie ex-cliënten van Tonkens een klacht in bij de IGJ naar aanleiding van het opwekken van fictieve herinneringen. De IGJ kon dat jaar niets met deze klacht doen omdat Tonkens niet BIG-geregistreerd was. Sinds januari 2017 mag de IGJ echter ook ingrijpen bij misstanden in de niet-reguliere zorg. De VtdK heeft de familie van Arend daarom aangeraden melding te doen bij de inspectie.

Niet alle misstanden worden echter gemeld bij de inspectie. Een vrouw* met een bipolaire stoornis is al tien jaar stabiel met lithium. Maar eind 2011 stopt zij met het medicijn op advies van reading and coaching therapeut Lisa Spruit. Deze kwakzalver leerde het vak bij Centrum voor Leven en Intuïtie. Ze volgde het ‘Inka pad’ van het Queros volk en behaalde de titel ‘Paqo’ van Inca master Juan Núñez del Prado. Spruit heeft naar eigen zeggen ruim twintig jaar ervaring in reading en coaching en geeft naast haar praktijk ook workshops en readings bij bedrijven.

Nadat de cliënt op Spruits aanraden is gestopt met lithium, raakt zij opnieuw manisch. Bekend is dat het staken van lithiumgebruik door een bipolaire patiënt levensgevaarlijk kan zijn. Uiteindelijk gaat ze wel weer lithium slikken, maar het duurt een jaar voordat zij is gestabiliseerd was en weer aan het werk kan. Uit schaamte meldt de vrouw het gebeuren niet bij de IGJ.

Net als het oproepen van fictieve herinneringen, is ook ‘healing met behulp van liefdevolle buitenaardsen’ voor de IGJ geen reden om tot vervolging over te gaan. Deze bizarre behandeling met behulp van aliens komt voor rekening van ‘healer, coach en trainer’ Chagaï Katz. Deze kwakzalver behandelde een jongen die meende op spiritueel, emotioneel en geestelijk niveau gemanipuleerd te worden door aliens. Hiervoor was de jongen onder reguliere behandeling, maar hij had ook contact met Katz. De oud-ambulancebroeder is volgens zijn website ‘de meest bekende ET-healer ter wereld’. Begin vorig jaar pleegde zijn cliënt zelfmoord.

In dit geval verhoorde het OM samen met de IGJ eerst de ouders en verwees vervolgens naar de klachtencommissie. De instanties zagen geen verband tussen de suïcide en de behandeling van Katz enkele maanden eerder. De IGJ bezocht Katz en concludeerde dat de healer niet deed aan diagnostiek; hij ontkende weliswaar de psychose, maar adviseerde niet om met de medicatie te stoppen. Volgens de IGJ is zijn therapie daarom niet evident schadelijk en Katz zou ervan hebben ‘geleerd’. Wat hij precies heeft geleerd, wordt niet duidelijk.

Effect

Hubben gaat in op de nieuwe taken en bevoegdheden van de inspectie en gaat en ook op het effect daarvan ten aanzien van alternatieve behandelaars.

Als pas afgestuurde jongeman werkte Hubben vijf jaar als inspecteur bij de IGJ. In die functie bezocht hij naar aanleiding van ernstige klachten ook alternatieve behandelaars, waaronder een acupunctuurcentrum. Een lokale politieagent ging mee voor het geval een proces-verbaal opgemaakt zou moeten worden. Binnen zag het er keurig uit, infectiezorg op orde en aan de muur hingen indrukwekkende diploma’s en foto’s van opleiders in witte jas.

Hubben zag uiteindelijk geen onregelmatigheden, totdat de agent hem er onopvallend op attendeerde dat hij de zogenaamde dokters op de foto’s herkende uit verschillende Chinese restaurants in de stad. Alsnog kon worden opgetreden tegen deze alternatieve behandelaars. Waarmee Hubben maar wil zeggen: je kunt zaken niet alleen beoordelen vanachter een bureau, je moet er ook echt naar toe om er de vinger achter te krijgen.

In de loop der tijd is er veel veranderd bij de dienst, aldus Hubben. In zijn tijd was de IGJ nog een silent service met een terughoudende, vooral adviserende rol. In de zaak Jansen Steur maakte de dienst zelfs onderhandse afspraken over diens beroepsuitoefening. Deze neuroloog stelde bij zijn patiënten onder andere onjuiste diagnoses, vervalste recepten en was zelf verslaafd. Jansen Steur liet zich schrappen uit het BIG-register. De dienst liet hem weten dat als hij naar het buitenland zou gaan, ze hem daar niet lastig zou vallen. Zo kon Jansen Steur ongehinderd zijn risicovolle praktijk voortzetten in Duitsland. Toen dat aan het licht kwam was Nederland te klein en de IGJ kreeg de wind van voren vanwege de gemaakte onderhandse afspraken.

Rol IGJ

Inmiddels heeft de IGJ een aanmerkelijk actievere rol. Deze rijksdienst die ressorteert onder het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, heeft inmiddels een budget van 85 miljoen euro per jaar. Er werken 708 personen voor het toezicht op 40.000 locaties en 1,4 miljoen beroepsbeoefenaren. Artikel 36 van de Gezondheidswet geeft de IGJ een algemene onderzoeks- en handhavingsrol. De taakuitoefening van de IGJ is verder in belangrijke mate geregeld in de Algemene Wet Bestuursrecht (AWB), het Wetboek van Strafvordering en de Wet BIG. De behandeling van individuele klachten laat de IGJ tegenwoordig veelal over aan de klachtencommissies (met hoger beroep bij de geschillencommissie).

De minister van VWS kan een aanwijzing geven ingeval niet wordt voldaan aan de eis van verantwoorde zorg. Verder kan de IGJ een bevel geven bij dreiging van acuut gevaar voor veiligheid of gezondheid en heeft zij de bevoegdheid om bestuurlijke boetes op te leggen en bestuursdwang (dwangsom) toe te passen.

Daarnaast kan de IGJ een instelling onder ‘verscherpt toezicht’ plaatsen. Dat is een maatregel die niet in de wet staat maar wel ingrijpende gevolgen kan hebben (naming and shaming). Verder kan de IGJ het Openbaar Ministerie verzoeken over te gaan tot strafvervolging. Daartoe hebben beide organisaties periodiek overleg. Het OM heeft een eigen medisch expertisecentrum.
Het huidige motto van de IGJ luidt: ‘Toezicht dient geen papieren tijger te zijn, maar een tijger met tanden. Om slagvaardig te zijn, is toezicht zacht waar het kan en hard waar het moet’.

Zorgen

De leden van de Vereniging tegen de Kwakzalverij maken zich volgens Helsloot terecht zorgen over medische kwakzalverij. Helsloot is hoogleraar Besturen van Veiligheid aan de Radboud Universiteit Nijmegen en doet sinds 1994 onderzoek naar Rampenbestrijding, Crisisbeheersing en Fysieke Veiligheid. Zijn observatie en zorg is dat ook leden van de Vereniging geloven in de kwakzalverij van de overheid.

De ironie wil dat er dagelijks mensen bezig zijn om ‘Igors te redden’. Igor staat voor de jonge kat die telkens hoog in een boom ging zitten mauwen en dan door de vader van het gezin met een ladder gered moest worden. Hoe hoger hij kwam, des te hoger klom de kat. Als hij met gevaar voor eigen leven al balancerend niet meer hoger kon komen, draaide de kat zich doodgemoedereerd om en klauterde langs de stam zelf naar beneden.

De oplossing van een probleem is doorgaans niet een nuchtere analyse van het probleem, maar ‘professionalisering’, ‘meer regels’ of ‘meer techniek’. Dat kost een paar centen maar dan heb je ook een niet bestaand probleem opgelost. Deze irrationele denkwijze komt voort uit de manier waarop onze samenleving zich heeft ontwikkeld.

Eigen schuld?

Ooit waren ongevallen een act of god. Vanaf 1850 ontstond het liberale geloof dat het je eigen schuld was als jou iets overkwam. Als je bijvoorbeeld in een fabriek met je hand in een machine bekneld raakte, had je gewoon niet goed opgelet. Pas na 1945 werden de grootste risico’s geïdentificeerd en opgelost. Mede daardoor is de samenleving zo veilig en welvarend geworden.

Twintig jaar geleden kwam er opnieuw een omslag. Ongevallen werden het bewijs van falend preventiebeleid; de schuldcultuur werd een voorzorgs- en risicocultuur. Als er nu iets fout gaat is dat een bewijs van falen. Niet van het slachtoffer deze keer, maar van ‘het systeem’, ‘de overheid’, ‘het bedrijf’. Toen er in een chemiebedrijf, dat zijn veiligheidsmaatregelen goed op orde had, toch een keer een dode viel, concludeerde de media dat het bedrijf niet ambitieus genoeg was geweest. Zogenaamde restrisico’s passen blijkbaar niet meer in onze cultuur.

Vooral exotische – maar beperkte – ongevallen krijgen veel media-aandacht. Zo haalde een listeriabesmetting met drie doden onlangs wel de voorpagina’s, maar de jaarlijks 2.200 doden door het gebruik van een eenvoudig keukentrapje hebben zich nog nooit verheugd in een dergelijke belangstelling. Daarbij komt dat het nieuwe beleid vaak symbolisch en onuitvoerbaar is: diegenen die er mee moeten werken, hebben niets in handen.

Zinloze maatregelen

Intussen geeft de overheid miljarden uit aan onzinnige en zinloze maatregelen, zoals het onder de grond stoppen van hoogspanningskabels vanwege de ongegronde angst voor stralingsgevaar. Dat levert geen enkele gezondheidswinst op maar kost de belastingbetaler wel bakken met geld. Veel zinniger zou het zijn om alle jonge kinderen op school gratis fruit te geven. Dat levert wel gezondheidswinst op en kan helpen de levenskloof van zeven jaar tussen hoog- en laagopgeleiden te slechten.

Een andere zinloze maatregel zijn de groene bordjes in kleine cafés die naar de uitgang verwijzen. Die moet de eigenaar zelf aanschaffen a raison van 150 euro per stuk, hoewel allang bewezen is dat zo’n bordje helemaal geen zin heeft. Dat geldt ook voor de dure Legionella-installaties die in de kleedkamers van jonge voetballers worden aangelegd. Dat is nou typisch een doelgroep die daar niet aan zal overlijden.

Soms kan het slim zijn om de angst voor zeldzame risico’s aan te wakkeren. De Waddenzee Vereniging wilde geen chloorproductie in Delfzijl; een ongeluk zou rampzalig zijn voor het natuurgebied. Maar de rest van Nederland lag daar niet wakker van, Delfzijl was zo ver weg. Vervolgens maakten de actievoerders stampei over het vermeende gevaar van chloortransporten door de Randstad. Het risico op een dergelijke ongeluk was nihil, maar dat deed niet ter zake.

Door alle media-aandacht erkende de overheid dat het railtransport van chloor grote maatschappelijke weerstand opriep, of dat nou terecht was of niet. Via een omweg kreeg de Waddenzee Vereniging zo toch haar zin: Akzo Nobel kreeg miljoenen om de chloorproductie te verplaatsen naar Rotterdam.

Irrationaliteit

De keuze voor veel onzinnig veiligheidsbeleid wordt door politici en ambtenaren verdedigd door te wijzen op de irrationaliteit van de gewone Nederlander. Maar deze irrationaliteit leeft vooral bij de bovenste 10-15% van de bevolking. Voor hen geen tegeltjeswijsheid als ‘Van het concert des levens, krijgt niemand het program’. De laagopgeleide koffiejuffrouw accepteert nog gewoon dat er zoiets als ‘pech’ bestaat. Deze mensen kijken naar het leven met ‘gezond verstand’. Wie echter beter kijkt naar de invloed van vraagstelling en de zinloze ‘we-moeten-Igor-redden-mentaliteit’, ziet een heel andere, nuchtere burger opduiken.

Een mooi voorbeeld van hiervan is de grote opslagplaats voor bestrijdingsmiddelen. Den Haag wilde die opslag niet en koos voor in Son en Breugel. Er kwam er een rampenplan dat vele miljoenen kostte. Maar zo werd de onrust eerder aangewakkerd dan gesust. Totdat de burgemeester de inwoners informeerde met de simpele boodschap: ‘Deze opslag is er nu eenmaal. Als er brand uitbreekt zetten wij de sirenes aan. U moet dan zelf kijken waar de rook vandaan komt en zorgen dat u daar niet in gaat staan. En let u er daarbij even op dat uw buren hetzelfde doen.’ Dat vond men stukken logischer en duidelijker en de paniek was meteen weg.

Terwijl exotische risico’s met weinig slachtoffers veel aandacht krijgen, is het heel eenvoudig om bijvoorbeeld het aantal ongelukken met huishoudtrapjes tot bijna nul te reduceren door bij een van de poten het slipdopje te verwijderen. Mensen beschikken namelijk over een inwendige risicothermometer. Als het trapje ietsje wankelt zonder direct om te vallen, halen mensen veel minder riskante kapriolen uit. En tunnels, met hooguit 1 slachtoffer per jaar, zijn veel veiliger dan een ‘normale’ weg met jaarlijks 1.400 doden. Simpelweg omdat een tunnel minder veilig voelt waardoor mensen automatisch zich voorzichtiger gedragen.

Ongelofelijk slim

Johan Braeckman, hoogleraar Wijsbegeerte aan de Universiteit van Gent legt uit hoe dit komt. De mens is ongelofelijk slim, beaamt Johan Braeckman. Of het nu gaat om ruimtereizen, informatica of baanbrekende medische ontwikkelingen, de mens steekt qua intelligentie met kop en schouders boven andere dieren uit.

Maar slim wil nog niet zeggen ‘kritisch-denkend’. Dat is evolutionair goed te verklaren. Stel je voor dat de prehistorische Jantje, die van zijn moeder te horen krijgt dat hij vandaag niet in de rivier mag zwemmen omdat er krokodillen zijn gesignaleerd, dat eerst zelf kritisch en proefondervindelijk zou willen gaan onderzoeken. Gelukkig accepteert Jantje zijn moeder als autoriteit. En dat is maar goed ook, anders zou hij geen nakomelingen hebben kunnen verwekken … Als moeder de volgende dag vertelt dat Sinterklaas bestaat, gelooft Jantje dat ook.

De meeste mensen vallen na enkele jaren van hun Sinterklaasgeloof, maar we blijven in principe allemaal kwetsbaar voor irrationalisme. We worden als mensen namelijk niet met kritisch-denkende vaardigheden geboren. Dat moet je gaandeweg ontwikkelen en je leven lang blijven trainen. En hoewel broodjes aap van tweehonderd jaar geleden misschien niet meer worden geloofd, er zijn nieuwe misvattingen voor in de plaats gekomen.

Zo zijn er volwassenen, verenigd in de Flat Earth Society, die stellig geloven dat de aarde plat is in plaats van rond. En in eerste instantie lijken ze een punt te hebben, want probeer maar eens uit te leggen hoe het dan komt dat mensen in Australië niet op hun kop door het leven gaan. En hoe het komt dat ze niet van de aarde afvallen. Dat de draaisnelheid van de aarde 15o graden per uur is, ervaren we niet aan den lijve. Wat we ‘zien’ is dat de aarde stilstaat en plat is.

Dunning-Kruger fenomeen

Interessant is het Dunning-Kruger fenomeen. Deze twee onderzoekers hebben het verschijnsel beschreven hoe incompetentie kan leiden tot groteske zelfoverschatting. Zoals je kun constateren bij mensen die menen heel goed te kunnen zingen, of ergens heel veel verstand van te hebben. Als ze zich in het onderwerp gaan verdiepen, kunnen ze zich gaan realiseren hoe weinig ze kunnen of weten. Als ze zich nog verder gaan verdiepen, zullen ze merken dat hoe meer ze weten, des te kleiner hun kennis en kunde is.

Totdat ze een zeker niveau hebben bereikt waarop ze zich min of meer expert kunnen noemen. Zelfs degene met uiteindelijk de meeste expertise beschouwt zichzelf als relatief onwetend ten opzichte van degenen die – niet gehinderd door enige kennis – menen de waarheid in pacht te hebben. Ook mensen als Einstein sloegen de plan soms faliekant mis. In 1932 beweerde hij bijvoorbeeld dat er geen enkele aanwijzing was dat kernenergie ooit mogelijk zou zijn.

Onjuiste overtuigingen vatten graag post in ons brein omdat we in eerste instantie intuïtief te werk gaan. Vooral als je emotioneel betrokken bent bij een onderwerp. Een betrokken ouder raakt er bijvoorbeeld door eigen waarnemingen, anekdotisch bewijs en verhalen van andere ouders eerder van overtuigd dat vaccinatie autisme veroorzaakt.

En als mensen zich eenmaal hebben vastgebeten in een absurd idee, zullen ze eerder open staan voor argumenten die zouden aantonen dat ze gelijk hebben. Wie een put graaft voor zichzelf, geraakt er moeilijk uit…, vat Braeckman dit verschijnsel van cognitieve dissonantie samen. Vooral slimme mensen hebben er een handje van om hun eigen denkput steeds dieper te maken. Zij zijn namelijk beter in staat om slimme, nieuwe argumenten te bedenken.

Stel een hoogopgeleid iemand heeft zijn identiteit verbonden aan homeopathie. Als je diegenen confronteer met een uitgebreide meta-analyse die aantoont dat deze behandelwijze niet werkt, zal de ander je niet meteen hartelijk bedanken omdat je hem van zijn absurde geloof hebt afgeholpen. Integendeel, hij gelooft er daarna juist nog meer in. Hij zal met nieuwe argumenten en ‘bewijzen’ komen waar je misschien niet direct een antwoord op weet. Dan zal die persoon denken: zie je wel, ik weet er meer vanaf.

Einde der tijden

Zo is er het vermakelijke verschijnsel van een groep gelovigen die het einde der tijden voorspelde. Op die en die dag zou God uit gramschap de aarde doen vergaan. De groep deed best om zoveel mogelijk mensen te ‘bekeren’. Maar op de bewuste dag verging de aarde niet. Voor sommige believers was dat het bewijs dat ze het mis hadden gehad.

Een deel bleef echter volharden in hun geloof dat de voorspelling juist was. Op de vraag hoe het dan kwam dat de aarde niet was vergaan, hadden ze een briljant antwoord bedacht: de voorspelling had wel geklopt, maar zij konden niet weten dat God van gedachten zou veranderen omdat de groep zo volhardend was geweest. Zo hadden alle ongelovigen het toch maar mooi aan hen te denken dat de wereld nog bestond: hun geloof had God gemaakt dat hij de mensheid nog een kans zou geven.

Is het wel mogelijk om iemand uit zijn/ haar denkput te halen? Volgens Braeckman is dat vrij lastig. Want hoe harder je probeert duidelijk te maken dat een waanbeeld niet kopt, des te harder zal de ander zichzelf ingraven om zijn gelijk aan te tonen. En zo wordt de denkput juist dieper. In het ergste geval zal diegene jou mee de put in trekken… Wat je wel zou kunnen doen, is diegene vragen: ‘Wat zou jou kunnen overtuigen van jouw ongelijk?’ Of, in het geval van een goeroe, kunnen wijzen op diens mogelijk dubieuze gedrag, zoals zelfverrijking of seksueel misbruik.

Het goede nieuws is dat we kritisch denken wel kunnen ontwikkelen, aldus Braeckman. In eerste instantie zien wij mensen eerder patronen en verbanden die er niet zijn en houden we vast aan datgene waar we een emotionele band mee hebben. Bovendien is ons waarnemingsvermogen beperkt en we zijn slecht in statistiek. Ook kunnen we vaak niet goed omgaan met toeval en we prikken niet gemakkelijk door drogredenen heen. Dat alles is echter wel te leren. Hoog tijd om kritisch denken op te nemen in het curriculum van scholen en universiteiten.

Janneke Donkerlo is journaliste. Ze schrijft onder andere over dubieuze medische praktijken in Trouw en NRC.

* De persoon is om privacy-redenen onherkenbaar gemaakt.

 

Nederlands Tijdschrift tegen de Kwakzalverij

Schrijf je in en ontvang het Nederlands Tijdschrift tegen de Kwakzalverij (NTtdK).

Word lid east
Kwakzalverij