UitgelichtHet boek “Met het oog op Kackadoris” van Cees Renckens is weer beschikbaar!

Koop hier het boek
Door: Bestuur VtdK | Geplaatst: 02 december 2005

Toespraak van Minister Hoogervorst bij het jubileumcongres van de VtdK

Toespraak van de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, H. Hoogervorst, bij de het congres van de Vereniging tegen de Kwakzalverij op zaterdag 12 november 2005 in Noordwijkerhout Wijzigingen voorbehouden. Alleen uitgesproken tekst geldt   Dames en heren, Laat ik beginnen met uw vereniging geluk te wensen met haar verjaardag. U heeft alle reden om […]

Toespraak van de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, H. Hoogervorst, bij de het congres van de Vereniging tegen de Kwakzalverij op zaterdag 12 november 2005 in Noordwijkerhout

Wijzigingen voorbehouden. Alleen uitgesproken tekst geldt

 

Dames en heren,

Laat ik beginnen met uw vereniging geluk te wensen met haar verjaardag.

U heeft alle reden om trots te zijn. De Nederlandse organisatie van bestrijders van de kwakzalverij is de grootste ter wereld. De strijd tegen de kwakzalverij wordt nergens zo serieus genomen als hier. Nederlanders hebben de naam nuchtere mensen te zijn. Mensen die zich niet snel laten verleiden door wonderdokters, gebedsgenezers en “kackedorussen”. Misschien klopt dat vooroordeel dus wel een beetje. Feit is dat in Nederland per jaar niet meer dan 11 procent van de bevolking een beroep doet op alternatieve geneeswijzen, terwijl dat in Duitsland 65 procent is, in Frankrijk 50 procent en in België 30 procent. Buiten de huisarts om ligt het bezoek aan alternatieve genezers in Nederland zelfs maar op zo’n zes procent. Ik ben daar blij om. Ik sta, dat is algemeen bekend, uitgesproken sceptisch tegenover de alternatieve geneeswijzen. Ik vermoed ook dat uw verzoek of ik op deze bijeenkomst wilde spreken daar wel iets mee te maken heeft. Maar die kritische houding betekent niet, dat ik het onderwerp wil simplificeren. Ik wil vanmiddag dus graag wat dieper ingaan op de mogelijke achtergronden van de keuze voor een alternatief genezer en daarna op de vraag, wat we daar aan zouden kunnen doen.

Om te beginnen staat voor mij vast, dat geneeskunde aan de hoogste wetenschappelijke eisen moet voldoen. Het is in dit gezelschap natuurlijk “preaching for the converts”, maar ik benadruk het toch nog maar eens: mijn uitgangspunt is dat bewezen resultaten en aantoonbare werkzaamheid de basis moeten zijn van elk medisch handelen. Ik heb drie redenen om daar zo bij voortduring aandacht voor te vragen.

Ten eerste: de reguliere geneeskunde heeft nog veel te doen. Hoe groot de vooruitgang in het medisch wetenschappelijk onderzoek ook is, er zijn nog veel ziektes waarvoor geen medicijn of behandelmethode is gevonden. En dat braakliggend terrein is zeer uitnodigend voor alternatieve genezers. Juist het gebied waar de reguliere gezondheidszorg nog geen vaste grond onder de voeten heeft, biedt ruimte aan de wonderdokters. Maar medisch terra incognita moet niet geëxploreerd worden door charlatans, maar door wetenschappers. De enige weg naar een antwoord op de grote vragen op het gebied van bij voorbeeld kankeronderzoek is de weg van gedegen wetenschappelijk onderzoek.

Ten tweede: de reguliere geneeskunde is, als het om evidence-based handelen gaat, bepaald nog niet onfeilbaar. In veel Europese landen is het bij voorbeeld bijna vanzelfsprekend dat de patiënt nooit zonder recept de spreekkamer uitgaat; vooral antibiotica worden er kwistig voorgeschreven. In Nederland zijn we gelukkig wat spartaanser, maar ook hier kent de spreekkamer vreemde geheimen. Ook hier zijn artsen die geen weerstand willen of durven bieden aan de patiënt die ten onrechte een behandeling of geneesmiddel probeert af te dwingen. Onlangs nog kwam hierover in de krant een specialist aan het woord en hij zei: “soms wilde ik dat ik een placebo-operatie kon uitvoeren” – kennelijk zou hij bereid zijn dat dan ook te doen. Van evidence-based handelen staat dat wel érg ver af.

Ten derde: In de reguliere geneeskunde worden nog veel – te veel – fouten gemaakt. De Inspectie van de Gezondheidszorg heeft daar de afgelopen tijd regelmatig aandacht voor gevraagd. Medische missers hebben helaas in veel gevallen een dodelijke afloop. En voor sommige mensen is een dergelijke ervaring in de omgeving aanleiding om hun heil te zoeken bij kwakzalvers. Ik kan hen dat eigenlijk moeilijk verwijten. Maar medische fouten opsporen en bestrijden, ook dat kan alleen goed in een wetenschappelijke context. Buiten de sfeer van de wetenschap zijn goed en fout immers nauwelijks van elkaar te onderscheiden. Voortdurende aandacht voor de wetenschappelijke basis van het medisch handelen is dus noodzakelijk.

Elke patiënt heeft er recht op dat de behandeling die hij ondergaat veilig en doeltreffend is en ik hecht er zeer aan dat die claim wetenschappelijk wordt onderbouwd. Zonder die basis zullen we er niet in slagen de patiënten een zo groot mogelijk vertrouwen te schenken in de medische wetenschap en het regulier medisch handelen. Afwijken van die basis, samen met verwijtbare medische missers, kan mensen aanleiding geven hun toevlucht te zoeken tot de alternatieve sector.

Datzelfde geldt voor de klacht, dat reguliere artsen zo veel minder tijd besteden aan een goed gesprek met de patiënt dan de alternatieve genezer. Ik weet het, dat verwijt hoort u al jaren van aanhangers van de alternatieve sector, maar daarmee is het nog niet minder waar.

Hoe kan het anders, dat veel hoogopgeleide mensen zich tot de kruidendokter of de paranormale genezer wenden? Hoe kan het anders, dat volgens Amerikaans onderzoek 70 procent van de mensen zegt dat ze óók naar de alternatieve praktijk zouden gaan als er geen énkel bewijs voor de werking van zijn middeltjes zou zijn? Het zou goed zijn als patiënt-onvriendelijk gedrag van de reguliere arts geen rol meer zou spelen bij de beslissing van patiënten om hun heil elders te zoeken. Ik ben er van overtuigd, dat dat het doel van uw vereniging zeker dichterbij zou brengen.

Kortom: reguliere artsen kunnen er zelf veel aan doen om de aantrekkingskracht van de alternatieve genezer danig te beperken. Maar dat geldt ook voor andere spelers in het veld. Zoals de apothekers. Volgens cijfers van de Stichting Farmaceutische Kengetallen is er vrijwel geen enkele apotheek in Nederland die géén homeopathische middelen in de schappen heeft. In 2002 – de laatste keer dat dit geteld is – ging er bij de apothekers 1,8 miljoen keer een homeopathisch product over de toonbank, voor een totaalbedrag van 20 miljoen euro. Hoe kan ’t, dat iemand die acht jaar gestudeerd heeft middeltjes verkoopt, waarvan hij weet dat ze niet werken en vaak nauwelijks meer bevatten dan water? Ik vraag mij af hoe apothekers dit kunnen rijmen met hun wens niet als pillenverkoper beschouwd te worden, maar als volwaardig zorgverlener. Ik vraag mij af wat zo’n apotheker in zijn rol van zorgverlener dan zegt tegen klanten die om zulke middelen vragen.

Maar ook de verzekeraars spreek ik aan. Zolang de kruidendrankjes en de homeopathische middelen niet echt schadelijk zijn, kan ik verzekeraars het vergoeden ervan niet verbieden. Wel vind ik dat zij hun klanten altijd de keuze moeten bieden voor een aanvullend pakket zonder vergoeding voor alternatieve medicijnen of geneeswijzen. Voor zover mij bekend heb je die mogelijkheid nu maar bij drie verzekeraars en dat vind ik wel erg weinig.

 

Tenslotte.

Wat is de verantwoordelijkheid van de overheid op dit terrein.

Ik vind het primair mijn verantwoordelijkheid om te zorgen voor goede, degelijke en betrouwbare consumentenvoorlichting. Eén van de pijlers van mijn beleid is versterking van de positie van de patiënt. Niet om te zorgen dat hij de arts nog meer onder druk kan zetten, maar juist om te zorgen dat hij zich degelijk en betrouwbaar kan informeren over wat hij wel en niet van zijn arts kan verwachten. Betrouwbare informatie geven, geen fabels vertellen, en hem of haar serieus nemen – daar gaat het om in het contact met de patiënt.

Internet is daarbij in toenemende mate hét communicatiemiddel. Gezondheid is daar – op sex na – het meest gezochte onderwerp. De overheid speelt daarop in met de site KiesBeter.nl. Nu al biedt die site informatie over zorgverzekeraars en ziekenhuizen, maar dat gaan we uitbreiden. Zo is daar binnenkort ook informatie te vinden over wat het BIG-register inhoudt en hoe je kunt vinden of een arts wel geregistreerd staat. Bovendien gaan we meer informatie geven over waar mensen kunnen klagen tegen ongeoorloofd medisch handelen en kwakzalverij.

Overreding en goede voorlichting, daar zie ik meer in dan in verbod. Daarover verschillen wij van mening, zo kan ik uit de geschriften van uw vereniging wel opmaken. Dat zij dan zo. Ik denk overigens dat u als vereniging niet zo erg te klagen heeft. Ik refereerde in het begin van mijn speech al aan de gunstige positie van Nederland in vergelijking met ons omringende landen. En de Nederlandse overheid heeft de laatste tien jaar al veel veranderd in de positie van de alternatieve genezers. Sinds 1993 worden homeopathische en antroposofische geneesmiddelen niet meer vergoed in het basispakket. Ook mogen deze middelen alleen nog worden verkocht als ze veilig zijn en van een constante en controleerbare kwaliteit.

Tenslotte wil ik een verbod op onterechte claims over de werking van deze middelen en daarvoor bereid ik een wijziging voor van de nieuwe Geneesmiddelenwet. Op grond van Europese regels kan de overheid een disclaimertekst op de verpakking (zo’n tekst als: de werking van homeopathie is niet bewezen) – niet verplichten.

Maar wat wel kan is het bewijs voor de werking verplicht stellen, voordat een fabrikant op de verpakking mag zetten waarvoor het middel gebruikt zou moeten worden. Die verplichting wil ik dan ook invoeren. Dat geldt dus ook voor eenvoudige omschrijvingen als “te gebruiken bij pijn of koorts”.

 

Dames en heren. Ik vat samen.

Er zijn veel manieren om de aantrekkingskracht van de alternatieve genezers te beperken. Wettelijk verbod hoort daar volgens mij níet bij. Overtuiging op basis van argumenten wel. Verder wil ik als minister van Volksgezondheid niet gaan.

Behalve dan spreken op uw verjaardagsfeest. “Management by speech”, zal ik maar zeggen. En een erkend liefhebber van Willem Frederik Hermans zoals uw voorzitter hoef ik vast niet uit te leggen wat de kracht van woorden is.
Ik dank u voor uw aandacht.

 

Nieuwsbrief

De Digitale Nieuwsbrief van de VtdK houdt u regelmatig op de hoogte van nieuwe artikelen op deze site.

Bestuur VtdK

Gerelateerde artikelen

artikelen - 25 maart 2024

Buitenlandrubriek met o.a.: Vier op de tien Zweden geloven in paranormale zaken / Indiaas ayurvedisch topmerk mag geen reclame meer maken.

artikelen - 23 februari 2024

Buitenlandrubriek met o.a.: Vraag naar Australische wichelroede-lopers neemt toe / Welke therapie gaat homeopathie-liefhebber Koning Charles gebruiken?

artikelen - 25 januari 2024

Buitenlandrubriek met o.a.: Homeopathie niet meer vergoed in Duitsland / Amerikaanse verloskundige gaf 1500 kinderen nep-vaccinaties.